Psychedelica

 

De term psychedelisch is samengesteld uit de Griekse woorden psyche, geest en openbaren en betekent vertaald ‘geest-openbarend’. Kenmerken van een psychedelische ervaring zijn dat iemands geest op een voorheen onbekende manier waarneemt, of buiten zijn gebruikelijke beperkingen, en ongeremd is. Een psychedelische toestand kan een verscheidenheid aan ervaringen zijn die op verschillende manieren kunnen worden opgewekt, bijvoorbeeld door zintuiglijke prikkeling, sensorische deprivatie of hallucinogene stoffen. Dergelijke ervaringen zijn onder andere hallucinaties, veranderingen van perceptie, synesthesie, veranderde staten van bewustzijn, mystieke staten.

De term werd voor het eerst gebezigd door de Britse arts Humphry Osmond in 1957, die experimenteerde met LSD. Aldous Huxley suggereerde de term “phanerothyme”, afgeleid van de Griekse woorden voor “laten zien” en “geest”. Osmond schreef hem een brief terug: “To fathom hell or soar angelic, just take a pinch of psychedelic” (Om de hel te doorgronden of om op te stijgen als een engel, hoeft men slechts een snuifje psychedelische drugs te nemen).[2]

Psychedelisch betekent “dat wat de geest zichtbaar maakt.” Psychologen en psychiaters geloofden dat de middelen die ze bestudeerden (vooral LSD, psilocybine en mescaline) delen van het onderbewuste (onderdrukte gevoelens en herinneringen) naar het bewuste brachten, zodat men deze kon aanschouwen en verwerken. Hun bevindingen op het gebied van psychedelische psychotherapie waren veelbelovend, maar helaas moesten al deze onderzoeken gestaakt worden toen LSD en andere psychedelica eind jaren zestig verboden werden, niet alleen voor recreatieve gebruikers maar ook voor de wetenschap.

Entheogeen is afgeleid van het Oud Grieks entheos genesthe en betekent “dat wat God/ het goddelijke vanbinnen genereert.” Deze term is vooral populair onder degenen die deze middelen voor spirituele doeleinden toepassen.

Hallucinogeen is afgeleid van het Latijnse hallucinare, dat ronddwalen door de geest betekent. Het is echter een vrij vage term die snel verward kan worden met het zien van waanvoorstellingen ten gevolge van vergiftiging of ziekte. Planten die zulke waanvoorstellingen opwekken, bijvoorbeeld de Doornappel of Engelentrompet (Datura), worden delirianten genoemd, niet hallucinogenen.